Overlevers van kinderkanker hebben vaker sociale problemen
Overlevers van kinderkanker leven vaker van een uitkering, zijn vaker ongehuwd en wonen minder vaak zelfstandig dan hun leeftijdgenoten die geen kanker hadden. Dat concluderen Anna Font-Gonzalez en Lieke Feijen door een vergelijking van de gegevens van 1283 overlevers van kinderkanker van het Emma Kinderziekenhuis met een controlegroep van 25.082 personen van hetzelfde geboortejaar en geslacht.
Ze publiceerden hun bevindingen in Psychooncology van 23 november 2015.
Bij de 1283 gevolgde overlevers werd de diagnose kanker gesteld tussen 1966 en 2001. De onderzoekers combineerden hun medische en persoonsgegevens met informatie uit de Gemeentelijke Basisadministratie (huwelijk of geregistreerd partnerschap; woonsituatie) en van het Centraal Bureau voor de Statistiek (uitkering). Vervolgens konden de data worden vergeleken met die van de controlegroep, waarvan dezelfde informatie bekend was.
Uit deze combinatie van gegevens blijkt, dat overlevers van kinderkanker het in de samenleving minder goed doen dan hun leeftijdgenoten. Ze leven vaker van een uitkering (odds ratio OR 2.3), wonen minder vaak zelfstandig (OR 1.7) en zijn vaker niet getrouwd (OR 1.2).
De volwassenen die als kind zijn bestraald op het hoofd en/of in de nek, of die tumoren hadden in het centrale zenuwstelsel, kampen met de meeste problemen.
De onderzoekers pleiten er dan ook voor om een doelgerichte en effectieve begeleiding te ontwikkelen en implementeren voor kinderen met kanker. Met het doel dat zij later als volwassenen sociaal beter zullen functioneren.
Bericht geplaatst: 9 januari 2016. Bewerkt: 19 januari 2016